Países Bajos: Aardappelen kiemlustig door schommelingen in temperatuur

V olgens bewaarspecialist Harry Goos zijn de eerste drie dagen van het bewaren van het grootste belang en voor een groot deel van invloed op de kiemrust in de bewaring. ’Vooral in het begin van de bewaring moet veel aandacht worden besteed aan goed en snel drogen. Daar ontbreekt het nog weleens aan.’

Doordat de aardappelen deze herfst warmer binnenkwamen, is het een langer traject om in te koelen. In dit traject van inkoelen naar bewaren ontstaan verliezen. Daardoor kunnen drukplekken komen op de knollen en dat komt de kwaliteit niet ten goede. Goos zegt dat het vooral belangrijk is de temperatuur in de bewaring constant te houden.

Constante temperatuur

’De kunst is dat te doen met zo weinig mogelijk grammen water verschil tijdens het inkoelen of met een mechanische koeling. Daarna is het belangrijk een constante temperatuur te realiseren. Je kunt beter de aardappelen continu op 9 graden houden, dan koste wat kost de temperatuur naar 7 graden proberen te brengen en het dan naar 9 graden te laten oplopen. Want koelen is altijd indrogen en daardoor ontstaan drukplekken.’

Zorg dat het product droog blijft en de temperatuur constant

HARRY GOOS, BEWAARSPECIALIST

De bewaarspecialist beseft wel dat goed bewaren dit jaar extra uitdagend is door de grote temperatuurwisselingen. ’Voor kerst hadden we tien dagen flinke vorst, nu is de temperatuur 10 graden boven nul. Bij vorst kunnen de cellen nat zijn. Daardoor kunnen de aardappelen eerder kiemen en kan zilverschurft ontstaan. Kiemende aardappelen produceren meer warmte en ook dat geeft schommelingen in de producttemperatuur.’

Mechanische koeling

Volgens Goos is met een mechanische koeling het klimaat in de bewaarschuur beter te managen. ’In combinatie met een goed bediende bewaarcomputer kunnen telers daarin zeker een stap maken.’ Het advies van hem aan telers: ’Zorg dat het product droog blijft en de temperatuur constant.

’Voor de lange termijn is het verstandig te investeren in meer automatisering en een relatieve luchtvochtigheidsregeling’, vervolgt Goos. ’Ook gezien het steeds extremere weer wordt bewaring een grotere uitdaging.’

• Lees ook: Van Iperen: ’Kiemremming in aardappelen vraagt nu extra aandacht’

Door het wegvallen van chloorprofam enkele jaren terug, is de sector aangewezen op andere middelen, waarvan de belangrijkste 1,4Sight, Argos en Biox-M zijn. Daarbij moet worden aangetekend dat het geen kiemremmers zijn, maar kiemrustverlengers.

Goos: ’Bij een lezing hoorde ik dat er met 1,4Sight goede ervaringen zijn. Dit middel zou zorgen voor minder ’ademhaling’ bij aardappelen. Daardoor warmen de aardappelen minder op. Dat heeft een betere kiemrust tot gevolg.’

Tot slot heeft volgens Goos de kiemlustigheid ook te maken met de zwaarte van de grond en de bemesting. ’Zo produceren aardappelen op zand meer warmte dan aardappelen op klei. Maar meten is weten, dus daarop is te anticiperen. Daarom is het belangrijk dat telers elke dag hun aardappelen controleren en zo nodig de instellingen van de bewaarcomputer bijstellen’, besluit de bewaarspecialist.