Holanda: Pootgoedtelers vragen om verruiming norm voor ritnaalden

Ritnaalden vormen een groeiend probleem in aardappelen. Op meer en meer plekken wordt schade aangetroffen in de gewassen. Er zijn vrijwel geen chemische middelen meer tegen deze plaag. Normaal gesproken doen problemen met ritnaalden zich meer voor in de tweede helft van de zomer, maar volgens Job Simmes van Pireco zijn ze nu al volop te vinden.

Ritnaaldenschade valt bij de NAK onder de norm voor beschadigingen. Volgens deze norm mogen pootaardappelen maximaal 1 á 2 oppervlakkige plekjes hebben die niet dieper zijn dan 2 tot 3 mm.

Combinatie van factoren

De grote overlast is een gevolg van een combinatie van factoren. Door het uitblijven van strenge vorst overwinteren de beestjes in de grond. De vele regen leidt er toe dat ze vroegtijdig naar boven komen. Ook zijn er meer waardplanten die het ze makkelijk maken: De teelt van groenbemesters neemt toe, maar ook ruilen veel akkerbouwers grond (grasland) met veehouders om aardappelen te kunnen telen. Daarbij komt dat het aantal middelen waarmee boeren ritnaalden kunnen aanpakken drastisch is verminderd.

Ritnaalden vreten gangen in aardappelen en wortels. Voornamelijk bij pootgoed en consumptieaardappelen zorgt dat voor afkeuring en daardoor minder opbrengst. In sla, kool, witlof en suikerbiet kunnen ze een gat boren in de wortelhals waardoor deze verwelken.

Wijzigingsvoorstellen indienen tot 1 oktober

Akkerbouwers kunnen elk jaar voorstellen indienen voor wijzigingen in de keuringsvoorschriften voor landbouwzaaizaden en pootaardappelen. Voor dit jaar kan dit tot 1 oktober 2021. De vaste commissies van de NAK nemen later in het seizoen een besluit over de ingediende voorstellen.